Meer toezicht op en uitbreiding voorwaarden ANBI
11 juli 2022
Het kabinet heeft de Tweede Kamer geïnformeerd over een onderzoek naar ANBI’s, Algemeen Nut Beogende Instellingen. Het onderzoek is uitgevoerd door een speciale commissie, die ook aanbevelingen heeft gedaan. Welke zijn dit?
Het kabinet heeft de Tweede Kamer geïnformeerd over een onderzoek naar ANBI’s, Algemeen Nut Beogende Instellingen. Het onderzoek is uitgevoerd door een speciale commissie, die ook aanbevelingen heeft gedaan. Welke zijn dit?
ANBI’s
ANBI’s zijn instellingen met een aantal speciale fiscale voordelen. Een instelling kan alleen een ANBI zijn, als deze zich nagenoeg geheel inzet voor het algemeen belang. ANBI’s moeten voldoen aan een aantal voorwaarden en mogen geen winstoogmerk hebben.
Fiscale voordelen
Een voordeel van een ANBI is dat deze onder voorwaarden geen belasting hoeft te betalen over ontvangen schenkingen en erfenissen. Doet een ANBI zelf schenkingen in het algemeen belang, dan hoeft de begunstigde ook geen belasting te betalen. Bovendien zijn giften aan een ANBI aftrekbaar in de inkomstenbelasting.
Aanbevelingen
De commissie wil onder andere het toezicht op ANBI’s verbeteren, onder meer door gegevens inzake ANBI’s te digitaliseren, de capaciteit inzake toezicht op dergelijke instellingen te vergroten en door de naleving van de voorwaarden voor de ANBI-status af te dwingen.
Aanpak misbruik ANBI-status
De commissie beveelt ook aan dat ANBI’s jaarlijks een bepaald minimum aan activiteiten moeten verrichten of een minimum bedrag voor het algemeen nut besteden. Zo zouden instellingen die geen activiteiten ondernemen geen ANBI kunnen zijn en wordt misbruik van de ANBI-status tegengegaan.
Toezicht via CBF (Centraal Bureau Fondsenwerving)
Verder beveelt de commissie aan het toezicht op fondsenwervende organisaties voor goede doelen over te laten aan het CBF, dat via de Erkenningsregeling veel hogere eisen stelt. Door de kosten voor de Erkenningsregeling te verlagen, kan het aantal instellingen toenemen dat via het CBF onder toezicht staat.
Het kabinet komt in het najaar 2022 met een reactie op het onderzoek en de aanbevelingen.